Praktisch geschoolden en academici

  • Home
  • Blog
  • Praktisch geschoolden en academici
ptitle-particle1

Praktisch geschoolden en academici

Blog van 2 september 2025

In het Financiële Dagblad van 29 augustus jl. las ik een interview met emeritus-hoogleraar bestuurskunde Mark Bovens. In het interview waarschuwt hij voor een situatie waarin praktisch geschoolden zich verzetten tegen de democratie, omdat ze zich niet meer herkennen in de overheid. Hij blikt vooruit op de komende verkiezingen en blikt terug op de grote winst voor de PVV bij de afgelopen verkiezingen. Wat mij triggerde was zijn uitspraak:

‘Praktisch geschoolden krijgen in Nederland alleen hun zin als academici het ermee eens zijn’

Zijn betoog gaat weliswaar over de landelijke politiek, maar ik zag een parallel met mijn ervaring met ondernemingsraden en bestuurders. Ik denk dat het binnen bedrijven ook opgaat dat praktisch geschoolden alleen hun zin krijgen als academici in het bedrijf het er mee eens zijn. In het management zien we een bovengemiddeld aantal academici. En als ik kijk naar OR-en en hun worsteling met het bereiken van resultaten dan zie ik hetzelfde. Nl. dat OR-en alleen hun zin krijgen als academici in het management het er mee eens zijn.

Praktisch geschoolden

In ondernemingsraden zitten veel praktisch geschoolde mensen. Daar is de OR ook voor bedoeld. Op deze manier heeft de ‘werkvloer’ een stem in het beleid van de onderneming. Maar wat je ziet is dat veel OR-en het gevoel hebben dat ze weinig concreets voor elkaar krijgen van wat zij belangrijk vinden. De vraag die mij vaak wordt gesteld is: ‘Hoe zorgen we ervoor dat we meer invloed krijgen’. Als professional help ik OR-en en bestuurders bij het op gang brengen van de dialoog gericht op het mooier en beter maken van de onderneming. Daarin is de stem van praktisch geschoolden van groot belang, want zij doen veelal belangrijk werk binnen het primair proces. Mark Bovens vermeldt terloops in het interview dat twee derde van de Nederlandse bevolking praktisch is opgeleid.

Zijn zorg is dat deze groep zich niet gehoord voelt en zich daarmee afkeert van de democratie. Binnen menig bedrijf gaat het vinden van kandidaat OR-leden moeizaam. Zou dit fenomeen ook zijn oorzaak hebben in het niet gehoord voelen? Met als gevolg dat werknemers zich afkeren van de OR als democratisch gekozen orgaan? Als dat zo is, is dat een groot probleem voor OR-en en bedrijven. Dat betekent namelijk dat de stem van OR-leden als vertegenwoordiging van het personeel verder verstomt en er steeds meer autocratische besluitvorming plaatsvindt. Daarmee verschuift de macht verder naar boven en is er geen natuurlijke tegenmacht meer. De voorkeuren van praktisch geschoolden worden daarmee minder in beleid vertaald dan die van theoretisch opgeleiden.

Diplomademocratie

Mark Bovens en zijn collega Anchrit Wille spreken over de Diplomademocratie. Daarin wordt iemands sociale positie meer bepaald door opleiding dan door gender of geloof. Ze waarschuwen voor de mogelijke consequenties daarvan: ‘De legitimiteit van een diplomademocratie is zeer kwetsbaar wanneer academisch en praktisch geschoolden in volstrekt gescheiden werelden komen te leven en de laatsten geen uitzicht meer hebben op verbetering van hun sociale positie. Een opstand van de minder gediplomeerden is dan misschien niet eens zo fictief.’

Bovens en Wille geven op de vraag hoe het dan anders zou kunnen het volgende  antwoord: ‘Beleidsmakers moeten veel meer nagaan hoe hun aanpak in de praktijk uitwerkt. Daar moeten ze veel meer moeite voor doen. Het is dus niet voldoende om als bestuurder een rondje te lopen over de werkvloer en wat meningen te polsen. Het serieus nemen en stimuleren van het OR-werk daarentegen zou wel eens heel goed kunnen helpen om te voorkomen dat straks een groot deel van de medewerkers zich niet gehoord voelt en in opstand komt.

Arnoud Berkel
Medezeggenschap specialist in de praktijk.

Lees het volledige artikel op fd.nl.

Archieven