Nevenfunctie

Q&A van 7 maart 2024

Question

Beste redactie,

In onze huidige arbeidsovereenkomst staat sinds kort een artikel dat nieuwe medewerkers een nevenfunctie moeten melden. Daarin staat verder niets geregeld over wat er precies gemeld moet worden. Inmiddels zijn bepaalde groepen medewerkers met het nieuwe beleid gevraagd om nevenfuncties te melden. Daarbij komt dat bij die uitvraag ook gevraagd wordt de financiële hoogte van de nevenfuncties te melden. Het is verder niet omschreven wat de eventuele vervolgstappen zijn.

Gesterkt door de WOR vragen wij ons af of wij als OR het gesprek moeten aangaan met de RvB. Tot nu toe heeft de organisatie het standpunt dat de OR in deze aanpassing niet betrokken hoeft te worden.

Met vriendelijke groet,

De OR

Answer

Beste OR,

Dank voor jullie vraag!

Zoals je waarschijnlijk weet mag de OR altijd voorstellen doen of standpunten kenbaar maken aan de RvB op grond van het initiatiefrecht van artikel 23 lid 2 en 3 WOR. De OR kan altijd de wijze waarop men om wil gaan met nevenfuncties dus gewoon agenderen en betrokken partijen dienen er tenminste met elkaar over praten.

De OR kan nog een stap verder gaan door een voorstel in te dienen waarin de OR aangeeft hoe de onderneming, wat de OR betreft, met de nevenfuncties om zou moeten gaan. Men dient serieus met elkaar te spreken over zo’n voorstel en de RvB dient schriftelijk aan de OR te laten weten wat ze met het voorstel gaan doen. Dit hoort samen te gaan met een deugdelijke inhoudelijke onderbouwing.

Mooier en beter

Daarnaast kunnen jullie je beroepen op het doel van de OR, zoals dat in de WOR is vastgelegd in artikel 2 lid 1 WOR. Hierin staat dat de OR er is in het belang van het goed functioneren van de onderneming in al haar doelstellingen. Anders gezegd, de WOR geeft aan de OR de opdracht om mee te helpen de onderneming ‘mooier en beter’ te maken.

Maar dan constateert de OR dat er rondom het onderwerp nevenfuncties dingen gebeuren die niet goed zijn voor de onderneming. En dat is vanuit artikel 2 WOR al voldoende reden om er met de RvB over in gesprek te gaan. De RvB kan dit gesprek niet weigeren. Artikel 23 legt de verplichting op aan de RvB om het gesprek met de OR aan te gaan en voorstellen van de OR serieus te behandelen zoals hierboven aangegeven.

Invloed krijg je niet door met regels te schermen, maar invloed oefen je uit in een goed gesprek. De regels uit de WOR zijn zorgen ervoor dat dit gesprek tussen OR en RvB plaats kan vinden. Dit gesprek biedt ruimte voor de invloed van de medewerkers op het te voeren beleid van de RvB. Dat is de insteek van de WOR. 

Door goede gesprekken te voeren ontstaat vervolgens invloed op de besluiten die de RvB wil nemen. Dit vraagt van de OR om goed voorbereid aan tafel te schuiven. De OR moet kennis van zaken én een visie hebben op wat er moet gebeuren om de onderneming mooier en beter te maken. Zo werkt medezeggenschap.

Met vriendelijke groet,

De redactie

Q&A

Archieven