De VPRO heeft een film vertoond van Sunny Bergman waarin zwarte jongens en witte jongens proberen een fietsslot te slopen in een stadspark. De reacties van de voorbijgangers zijn verbijsterend. In het geval van de witte jongens zijn er opbeurende opmerkingen. Er is zelfs een parkwagentje waarvan de berijders even helpen om met een grote tang het slot open te knippen. Bij de zwarte jongens zijn de opmerkingen bedreigend en worden er foto’ s en filmpjes gemaakt van de pogingen het slot open te krijgen. Met de duidelijke bedoeling deze misdaad aan anderen bekend te maken. Een voorbeeld van de werking van vooroordelen.
Het gedrag van de voorbijgangers komt voort uit onbewuste vooroordelen. Vanaf onze jeugd worden indrukken die we krijgen gerubriceerd en gecodeerd. Ze worden voorzien van een code (goed of fout) en bij een volgende waarneming wordt bepaald of ze passen bij ons eerder verkregen beeld. Is dat zo dan is dat een bevestiging van het eerdere beeld dat goed was of fout. En zo weten we wat goed is en slecht. Dat is gemakkelijk want dan hoeven we niet meer na te denken als we die situatie weer tegen komen. We weten het dan wel. Zo ontstaan vooroordelen en die zijn dus onbewust. Vooroordelen zijn gemakkelijk en handig want je weet daardoor automatisch hoe je op iets moet reageren.
Vooroordelen komen veel voor, ook bij de discussies over Zwarte Piet. De irritaties en bedreigingen komen dus door de onbewuste vooroordelen. Die zijn niet mis te lopen en bepalen primair onze reacties. Ze zijn gebaseerd op wat we over het verschil tussen zwarte en witte mensen hebben aangeleerd in onze jeugd. Dat geldt voor iedereen, wit of zwart. Vooroordelen bijstellen is dan ook een zaak van lange adem en heel lastig. Dat veroorzaakt wantrouwen en conflicten. Want mensen moeten dan hun vanzelfsprekende oriëntatie op de samenleving veranderen. Dan raak je in de war en van slag.
Maar ernstiger is de situatie de Verenigde Staten, met een groot aantal gevangenen en daarvan zijn de zwarte mensen in de meerderheid. De politie heeft ook onlangs nog twee zwarte mensen gedood. Daardoor zijn grote onlusten ontstaan omdat men de politie verwijt eerder geweld tegen zwarte mensen te gebruiken dan tegen witte mensen. Bovendien bestaat de politie daar vooral uit witte mensen. Hier is in extreme vorm de werking van vooroordelen aan beide kanten herkenbaar. Tot op het niveau van de president wordt getracht dit conflict op te lossen. Maar het conflict hangt samen met het beeld dat de groepen van elkaar hebben. Inderdaad vooroordelen dus.
Zelfreflectie op het hebben van de eigen vooroordelen is dus nodig. Dat kan alleen in kleine kring. Daar kan men de vooroordelen benoemen en er de aandacht op vestigen. In een groot verband zoals bij alle betrokkenen bij de Zwarte Piet discussie is dat onmogelijk. In de kleinere gemeenschappen zoals in delen van de onderneming kan dat wel. Het onderscheid dat ik hier gebruik van zwarte en witte mensen kan natuurlijk zo vervangen worden door elk ander soort onderscheid, mannen en vrouwen, Nederlanders en Turken, christenen en moslims. En ga zo maar door. Het werken aan en bewust maken van de vooroordelen is dus een grote en langdurige taak.
Maar er zijn ook mensen die (misbruik) gebruik maken van dit soort vooroordelen en die stimuleren om daar voor zichzelf munt uit te slaan. Politici zijn daar soms op gericht. Het idee dat anderen er niet bij horen omdat ze anders zijn. Dat leidt altijd tot oorlog. Zoals bij de Balkanoorlog enkele jaren gelden is gebleken en bij de oorlog in IS vanuit de Islam. Zo kunnen er ook in de onderneming tegenstellingen ontstaan. Ook daar kunnen de vooroordelen een rol gaan spelen. En dan ligt er een taak voor de or waar ook wettelijk bevoegdheden voor zijn.
Wat doet de or aan het bestrijden van vooroordelen in de onderneming?
Cor P. Berkel
redacteur OR-Online.nl
