Ondernemen is een woord dat te pas en te onpas wordt gebruikt maar waarvan de inhoud en betekenis heel verschillend wordt gebruikt en toegepast. Ik noem het de manier om zelf een inkomen te verwerven, op eigen risico en daarvoor is een idee en een markt nodig. Een directeur die in dienst is van een bedrijf en geen (mede)eigenaar is, is dan ook geen ondernemer maar werknemer. Veel vrije beroepsbeoefenaars zoals artsen, kappers, schilders e.d. zijn wel ondernemers. Tegenwoordig wordt ook in het onderwijs aandacht besteed aan het ondernemerschap.
Op de school van mijn kleinzoon kregen de brugklassers de opdracht om een onderneming op te richten voor een zelf gekozen goed doel. De afgelopen week was daar de presentatie van door de leerlingen. In elf lokalen werden in twee rondes van een uur, vijf ondernemingen gepresenteerd. 150 leerlingen presenteerden dus ongeveer 50 ondernemingen. Soms met twee soms met drie en enkele met zeven leerlingen per onderneming.
Ze waren voorgelicht door professionals over het opzetten en presenteren. En er waren al contacten gelegd met doelen zodat de leerlingen niet met een koude acquisitie hoefden te beginnen. Maar er moest wel geld “verdiend” worden voor een goed doel met een eigen idee. De presentatie was een groot evenement. Een soort beurs met allemaal toelichtingen door de leerlingen van hun eigen onderneming. Per video, met een elevatorpitch, op Laptop of digitaal schoolbord werden de ondernemingen gepresenteerd. Er werd ook even uitgelegd wat een elevatorpitch is, namelijk zo snel als een lift gaat je onderneming toelichten. Ze hadden dat dus wel begrepen.
De leerlingen moesten ook aangeven wat ze ervan geleerd hadden. Opvallend was dat heel veel ‘het doorzetten als het niet lukt’ genoemd werd. Het initiatief heeft hen heel veel inzicht bijgebracht wat ondernemen eigenlijk is. Het betekent buiten je eigen kaders gaan werken aan een eigen idee en met anderen instellingen dingen op gang brengen om geld te verdienen. En dat samen doen en buitenstaanders voor je eigen idee te interesseren. En niet onbelangrijk, het heeft gewerkt want Ik schat dat de totale opbrengst voor meerdere goede doelen toch meer dan € 1000,- zal zijn.
Ik merk in mijn eigen omgeving soms een totaal onbegrip voor wat ondernemen voor je persoonlijk reilen en zeilen betekent. Heel veel mensen, ook collega’s, hebben geen idee wat het betekent om op eigen risico met je eigen kennis en inzichten je inkomen te verdienen. En te zorgen dat je klanten te hebt, die overigens alleen komen en wat kopen als ze wat van je nodig hebben. De meeste vrienden en bekenden krijgen gewoon aan het eind van de maand hun salaris en daar hebben ze natuurlijk ook voor gewerkt.
Maar deze leerlingen hebben al verder gekeken en weten wat zelf geld verdienen is. Een prachtig idee wat misschien ook bruikbaar is voor or-leden als training. Laat or-leden als een soort stage eens buiten de eigen onderneming een nieuwe onderneming op zetten. Inleven in de positie van de directie zoals er ook directies zijn die zich inleven in de positie van een or, kan leerzaam zijn.
Cor P. Berkel
redacteur OR-Online